…. En toch ook weer wel
Geef maar eerlijk toe. Er is ontzettend veel wat jij over jezelf denkt.
En veel daarvan is helaas niet positief.
Bijvoorbeeld dat je niet slim of intelligent bent.
Of je bent onhandig, verlegen, onzeker, dik, stil…
Hoe komt het dat we zoveel over onszelf geloven?
Want geloof me, je bent natuurlijk niet de enige die dit doet.
Waar komt dit vandaan?
En is het wel waar wat jij over jezelf denkt?
Alles wat jij over jezelf denkt, is een overtuiging
“Ik ben toch ook zo onhandig.”
“Daar ben ik echt te dom voor.”
“Tja, als je zo onzeker bent als ik…”
“Ik ben niet goed in presenteren.”
“Ik zie er echt niet uit.”
Even een handjevol gedachten die je mogelijk over jezelf denkt. Natuurlijk, kan heel goed zijn dat het niet precies deze is die je bij jezelf herkent. Maar als dat zo is, dan is er vast wel één of een paar andere die je wel van jezelf gelooft.
Dit soort overtuigingen hebben we namelijk allemaal. Ik ook. Misschien dat de één er meer heeft dan de ander, maar er is niemand die geen enkele overtuiging over zichzelf heeft.
Dat we ze allemaal hebben, betekent niet dat je dit al je hele leven over jezelf gelooft. Toen je werd geboren vond je jezelf helemaal nog niet dom of onhandig. Ook niet intelligent of knap. Nee, de meeste van deze overtuigingen zijn tijdens jouw kindertijd ontstaan.
Overtuigingen komen uit ervaringen in jouw verleden
Als iemand nu iets tegen jou zegt waarvan jij zeker bent dat het niet klopt. Bijvoorbeeld wat heb jij lelijk blauw haar, terwijl je helemaal geen blauw haar hebt. Dan lukt het je wel om dat tegen te spreken. Maar toen jij nog klein was, zeker in de eerste jaren van je leven, wist jij nog helemaal niet wat wel waar was en wat niet. Je had nog te weinig meegemaakt om een referentiekader te hebben.
Daardoor geloofde je alles wat je op dat moment meemaakte en hoorde. Je had immers niks om het mee te vergelijken. Je was heel gevoelig voor wat er tegen je werd gezegd of wat je anderen hoorde zeggen. Of wat je aanvoelde bij anderen. Zeker als het de mensen waren van wie jij afhankelijk was, zoals je ouders of je opvoeders.
Zuchten je ouders bijvoorbeeld vaak al je weer eens je beker melk omstootte? Of je speelgoed kapotging? Grote kans dat jij daaruit de conclusie trok dat je maar onhandig bent. Zeker als ze dat ook hardop zeiden.
Had je een vader of moeder die zichzelf regelmatig in de spiegel bekeek of op de weegschaal stond en ontevreden was over zijn of haar lichaam? Omdat ze zich te dik vonden? Waarschijnlijk ben jij hierdoor ook kritisch over je eigen lichaam en vind je jezelf snel te dik.
Het waren niet alleen de boodschappen die je van je ouders kreeg, maar bijvoorbeeld ook van je leraren en klasgenootjes. Of dingen die je hebt meegemaakt. Zoals die eerste spreekbeurt op school die niet goed ging, waardoor jij bent gaan geloven dat je niet goed bent in spreken voor een groep.
Je bent niet wat je over jezelf gelooft
In die jaren in je kindertijd heb je veel van deze overtuigingen opgebouwd. Maar eigenlijk is een overtuiging niet meer dan een verband wat je hebt gelegd. Als je vaak iets liet vallen, dan ben je onhandig. Je bent dom, omdat je niet één van de kinderen was die het hoogst scoorde op school. En aangezien je niet zo slank bent als al die mensen die je ziet in magazines of op de socials, ben je dik.
Maar deze verbanden zijn niet de waarheid. Het zijn geen feiten. Het is puur een mening die jij over jezelf hebt gevormd. Maar een mening, of het nou die van jou of van iemand anders is, is niet meer dan subjectief.
Toch maak je al die overtuigingen waar
Doordat je zo overtuigd bent van alles wat je over jezelf gelooft, kan het niet anders dan dat jij inderdaad die persoon wordt, die jij denkt dat je bent. Elke overtuiging is een selffulfilling prophecy.
Jij past jezelf namelijk aan aan dat wat jij over jezelf geloofd. Geloof jij bijvoorbeeld dat jij niet goed bent in presenteren, dan ga je ook het podium niet opzoeken. Sterker nog, grote kans dat als je een keer voor een groep moet spreken, de angst zo groot is, dat je of ‘nee’ zegt of dichtklapt. Et voilà, je overtuiging is bevestigd.
Dit gaat niet alleen om vaardigheden. Op het moment dat jij ervan overtuigt bent dat jij altijd onzeker bent, dan ga je dat ook bij voorbaat bij alles voelen wat je doet. Zeker als het iets is wat je nog niet eerder hebt gedaan.
En als jij gelooft dat mensen jou niet leuk vinden, dan ga je je of extra terugtrekken, je nog onzichtbaarder opstellen, waardoor mensen je niet eens zien en leuk kunnen gaan vinden. Of je gaat overcompenseren. Extra aanwezig proberen te zijn. Extra aardig doen. Waardoor je mensen mogelijk juist van je afstoot.
Op deze manier word jij dus de persoon die jij denkt dat je bent.
Je hoeft niet te blijven wat je van jezelf gelooft
Gelukkig zijn we niet in beton gegoten. Hoe we ons laten zien aan de buitenwereld en wat we doen, staat niet voor altijd vast. En zelfs al was het beton… daar kunnen we natuurlijk altijd nog een vorm in beitelen.
Willen veranderen begint met je bewust worden van wat er nu is.
Wat geloof jij nu over jezelf, waardoor jij jezelf tegenhoudt?
Geloof jij bijvoorbeeld dat je te onzeker bent om een nieuwe stap te zetten?
Dan is dat waar het start. Dat is wat jij gelooft.
De volgende stap is je realiseren dat dit puur een gedachte is die jij over jezelf hebt. Jij gelooft dat je te onzeker bent om iets nieuws op te pakken. Maar die overtuiging is niet meer dan een mentaal verband die jij in het verleden hebt gelegd en die niet op feiten berust. Hij is niet waar.
Betekent dit dat je die gedachte nooit meer gaat hebben? Of dat je je nooit meer onzeker gaat voelen? Nee, dat is waarschijnlijk iets te hoog gegrepen. Je kunt nu alleen wel bewust de beslissing nemen om, of je je nou onzeker voelt of niet, toch die stap te zetten. Hoe vaker je dit doet en hoe vaker je ziet dat je het wel degelijk kunt, hoe meer zelfvertrouwen je krijgt.
Dit geldt voor alles wat jij over jezelf geloofd.
Jij bent zoveel meer dan dat.
Jij kunt zoveel meer dan dat.
Het is niet meer dan een verhaal wat jij jezelf vertelt.
Word je daarom bewust van dit verhaal en kies ervoor om dit niet langer te leven. Om naar buiten te laten zien dat jij dit verhaal niet langer bent. Kies ervoor om juist dat te doen, wat jouw verhaal, jouw denken over jezelf ontkracht. Zodat jij zelf gaat zien dat jij helemaal niet bent wat je denkt dat je bent. En jij dit ook steeds minder wordt.