In de vorige aflevering hebben we het er over gehad waarom het zo belangrijk is om jezelf te kennen.
Zelfkennis helpt je namelijk om te ontdekken wat jij belangrijk vindt in dit leven.
En weten wat jij belangrijk vindt, helpt je om de goede keuzes te maken; in je werk en in je leven.
Toch knaagt het bij veel van ons.
We hebben lopen rond met het gevoel dat we ontevreden zijn met ons werk.
Ondertussen vragen we ons af waar dat ontevreden gevoel vandaan komt en wat we dan wel willen.
Geen idee. Had ik ook niet.
En het lijkt vanaf de buitenkant dat je het perfecte leven leidt.
Je hebt een goede baan, een leuke partner, misschien wel kids.
Auto voor de deur van een mooi huis en leuke vrienden.
In je vrije tijd doe je leuke dingen; hobbies of op reis.
En toch knaagt het.
Dan hebben we het gevoel alsof er nog iets ontbreekt.
Terwijl er uiteindelijk niks ontbreekt, maar dat je te weinig tijd en energie steekt in dat wat voor jou belangrijk is.
Zelfkennis lijkt vanzelfsprekend
Je brengt je hele leven met jezelf door.
Dan kan het toch niet anders dan dat je jezelf heel goed kent?
Well… Als jij niet tevreden bent met wat je doet.
Of het nou in je baan of in de rest van je leven is.
Dan betekent dat dat er delen van jou zijn die jij niet goed genoeg kent.
Jammergenoeg is het dus toch niet zo vanzelfsprekend.
Je kent jezelf niet, doordat je je al heel vroeg hebt aangepast
Ooit kwam je ter wereld als klein onschuldig wezentje.
Je had je geen benul van de wereld en ook niet van jezelf.
Doordat je dit benul niet had, had je ook geen idee wat de volwassenen in je leven van je verwachten.
Maar jouw ouders (en ook andere volwassenen in je leven) hadden wel een idee van hoe een goed persoon is.
Die is bijvoorbeeld heel sociaal, of vriendelijk, of laat zich niet snel uit het veld slaan, of…
Zij hadden een combinatie van allerlei persoonlijke eigenschappen die ze in jou graag terug wilden zien.
Want dan zou jij een gezonde volwassene worden, die zijn weg wel weet te vinden.
Je ouders bedoelden het goed.
Wat er wel gebeurde is dat ze delen, die echt bij hoorden, hebben ontmoedigd.
Ze waren teleurgesteld als je iets deed wat niet voldeed aan wat ze van je verwachten.
En jij, als klein kindje, wilde dat je ouders blij met je waren.
Of eigenlijk alle volwassenen die belangrijk voor je waren.
Je ging steeds meer doen waar ze positief op reageerden en begon weg te stoppen wat ze niet leuk vonden.
Doordat je toen nog zo jong was, weet je dit niet meer.
Je bent deze delen van jezelf vergeten.
Maar dat betekent niet dat ze er niet nog steeds zijn.
In deze podcast:
- Waarom jij je hebt aangepast.
- Welke karaktereigenschappen jij weg hebt gestopt.
- Hoe je herkent, dat jij je hebt aangepast.
In de vorige aflevering hebben we het er over gehad waarom het zo belangrijk is om jezelf te kennen.
Zelfkennis helpt je namelijk om te ontdekken wat jij belangrijk vindt in dit leven. En weten wat jij belangrijk vindt, helpt je om de goede keuzes te maken; in je werk en in je leven.
Toch knaagt het bij veel van ons.
We hebben lopen rond met het gevoel dat we ontevreden zijn met ons werk. Ondertussen vragen we ons af waar dat ontevreden gevoel vandaan komt en wat we dan wel willen. Geen idee. Had ik ook niet.
En het lijkt vanaf de buitenkant dat je het perfecte leven leidt. Je hebt een goede baan, een leuke partner, misschien wel kids. Auto voor de deur van een mooi huis en leuke vrienden. In je vrije tijd doe je leuke dingen; hobbies of op reis.
En toch knaagt het.
Dan hebben we het gevoel alsof er nog iets ontbreekt. Terwijl er uiteindelijk niks ontbreekt, maar dat je te weinig tijd en energie steekt in dat wat voor jou belangrijk is.
Zelfkennis lijkt vanzelfsprekend
Je brengt je hele leven met jezelf door. Dan kan het toch niet anders dan dat je jezelf heel goed kent?
Well… Als jij niet tevreden bent met wat je doet. Of het nou in je baan of in de rest van je leven is. Dan betekent dat dat er delen van jou zijn die jij niet goed genoeg kent. Jammergenoeg is het dus toch niet zo vanzelfsprekend.
Je kent jezelf niet, doordat je je al heel vroeg hebt aangepast
Ooit kwam je ter wereld als klein onschuldig wezentje. Je had je geen benul van de wereld en ook niet van jezelf. Doordat je dit benul niet had, had je ook geen idee wat de volwassenen in je leven van je verwachten.
Maar jouw ouders (en ook andere volwassenen in je leven) hadden wel een idee van hoe een goed persoon is. Die is bijvoorbeeld heel sociaal, of vriendelijk, of laat zich niet snel uit het veld slaan, of…
Zij hadden een combinatie van allerlei persoonlijke eigenschappen die ze in jou graag terug wilden zien. Want dan zou jij een gezonde volwassene worden, die zijn weg wel weet te vinden.
Je ouders bedoelden het goed.
Wat er wel gebeurde is dat ze delen, die echt bij hoorden, hebben ontmoedigd. Ze waren teleurgesteld als je iets deed wat niet voldeed aan wat ze van je verwachten. En jij, als klein kindje, wilde dat je ouders blij met je waren. Of eigenlijk alle volwassenen die belangrijk voor je waren. Je ging steeds meer doen waar ze positief op reageerden en begon weg te stoppen wat ze niet leuk vonden.
Doordat je toen nog zo jong was, weet je dit niet meer. Je bent deze delen van jezelf vergeten. Maar dat betekent niet dat ze er niet nog steeds zijn.
In deze podcast:
- Waarom jij je hebt aangepast.
- Welke karaktereigenschappen jij weg hebt gestopt.
- Hoe je herkent, dat jij je hebt aangepast.